Amsterdam - Trendbeeld 2020 Politie Amsterdam

Inleiding Met dit trendbeeld blikt de politie eenheid Amsterdam terug op de belangrijkste trends, ontwikkelingen en risico’s in het veiligheidsdomein van het afgelopen jaar en kijkt zij vooruit naar de ontwikkelingen voor het komende jaar. Dit trendbeeld geeft inzicht in de dynamiek van het politiewerk door voorbij de criminaliteitscijfers te kijken. Het is gebaseerd op de kennis en ervaringen van professionals uit het veiligheidsdomein: welke thema’s houden hen bezig? Wat zien zij in hun dagelijks werk en waar maken zij zich zorgen over? Zo is gesproken met wijkagenten, beleidsmedewerkers, medewerkers van Team Externe Dynamische Samenwerking (TEDS) en veiligheids-adviseurs van de gemeenten binnen de eenheid Amsterdam. De eenheid Amsterdam omvat de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn. Ook de analisten van de eenheid zijn gevraagd op basis van hun dagelijkse analysewerkzaamheden te reflecteren op de belangrijkste ontwikkelingen. In sommige gevallen is het moeilijk aan te geven hoe groot een probleem nu echt is. Niet alle vormen van criminaliteit zijn in cijfers te vatten. Door berichtgeving in de media lijken problemen soms groter dan ze wellicht zijn. En door politie-aandacht worden zaken zichtbaarder en urgenter. Dit trendbeeld beschrijft geen feitelijke of cijfermatige waarheid maar het is een beschouwing van de belangrijkste ontwikkelingen in de maatschappij waar de politie in haar werk mee te maken krijgt.

VOORBIJ DE CIJFERS

​​​​​​​POLITIE EENHEID AMSTERDAM Dienst Regionale Informatie Organisatie Team Analyse & Onderzoek

Trends veranderen over het algemeen niet snel en het huidige trendbeeld is te lezen als een update van het trendbeeld van 2019. De vier trends die toen beschreven zijn, blijken nog steeds van kracht en vormen ook in dit document de kaders waarbinnen de met elkaar samenhangende ontwikkelingen beschreven worden. Naast ‘dealen en schieten’, ‘tumult in de samenleving’,dreiging van het onzichtbare’ en ‘gezag in de knel’ zijn er onderwerpen die minder aandacht krijgen, maar die wel degelijk een belangrijk deel van het dagelijks werk van politie vormen. Bijvoorbeeld huiselijk geweld, kinder-mishandeling, zedenmisdrijven en de verwarden-problematiek; complexe issues waar de politie veelvuldig mee te maken heeft en waarin samenwerking met partners essentieel is. Daarnaast is er criminaliteit die bedekt blijft totdat er werk van gemaakt wordt. Bijvoorbeeld mensenhandel en –smokkel. Dat er weinig aandacht is voor deze thema’s baart professionals zorgen: veel slachtoffers blijven daardoor buiten beeld[1].

Bevolking

De bevolking groeit. De verwachting is dat in 2032 de grens van 1 miljoen inwoners in de stad Amsterdam wordt bereikt[2]. Circa de helft van de Amsterdammers heeft een migratie-achtergrond[3]. De economie in Nederland en de regio Amsterdam in het bijzonder blijft groeien[4]. Vooral hoog-opgeleiden lijken te profiteren van het toegenomen welzijn, anderen zijn erop achteruitgegaan en er is sprake van een grote

groep achterblijvers[5]. De achterstand van mensen zonder

 

 

 

betaald werk op degenen met betaald werk is onveranderd groot, zo meldt de gemeente Amsterdam in haar ‘Staat van de Stad Amsterdam X’ [6]. Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (het CCV) hield gesprekken met bewoners over hun ‘zorgen in de wijk’[7]. Men maakt zich vooral zorgen over kwetsbare bewoners met problemen.

Maatschappelijke context

Vanuit het buitenland zorgen ontwikkelingen rond de Brexit voor veel onzekerheid. Ook is er angst voor inmenging vanuit landen als Rusland[8], Turkije en China. Maar bovenal is 2019 het jaar van de zorgen over het klimaat. Burgers geven aan dat wat hen betreft het klimaat op de agenda moet[9]. Het kabinet maakte haar klimaatplannen bekend in het klimaatakkoord. De maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan roepen reacties op. Stikstofmaatregelen leidden tot demonstraties.

 

Op Prinsjesdag zijn de plannen voor 2020 gepresenteerd met daarin een pakket aan ambities en maatregelen gericht op het versterken van de pijlers van de rechtsstaat: de opsporing, justitiële instanties en de rechtspraak. In 2020 is in totaal 449 miljoen beschikbaar gesteld voor Justitie en Veiligheid. Voor de aanpak van ondermijning is structureel 10 miljoen euro en een ondermijningsfonds van 100 miljoen beschikbaar[10].

 

In 2019 doorgevoerde wetgeving die het veiligheidsdomein raakt omvat onder andere de mogelijkheid tot het sluiten van drugspanden bij het aantreffen van stoffen en voorwerpen bestemd voor het telen of bereiden van drugs. Kenteken-gegevens kunnen langer worden bewaard, en er bestaat de mogelijkheid tot vergoeding van affectieschade voor naasten van slachtoffers[11]. De privacywetgeving is in werking en haar gevolgen worden merkbaar. Er zijn zorgen onder professionals over de terughoudendheid m.b.t. het delen van informatie tussen partners waardoor onder meer jonge slachtoffers mensenhandel meer uit beeld raken[12].

 

Daarnaast is 2019 het jaar waarin de negatieve gevolgen van de drugseconomie meer dan ooit duidelijk werden met de moord op advocaat Derk Wiersum. Dat deed veel stof opwaaien en leidde tot politieke, bestuurlijke en justitiële reacties en acties. Zo werd in 2019 de hoofdverdachte in het Marengo-proces, Ridouan T., aangehouden in Dubai. In 2020 wordt het strafproces voortgezet.

Dalende cijfers

In het trendbeeld van 2019 werd vermeld dat er zowel internationaal als nationaal al jaren sprake is van dalende criminaliteitscijfers, de zogenaamde ‘Crime Drop’. Ook in de eenheid Amsterdam was deze trend zichtbaar. In 2019 is echter het totaal aantal geregistreerde misdrijven in de Eenheid nagenoeg gelijk gebleven in vergelijking met het aantal misdrijven in 2018: 88.479 (0%). Landelijk is er een toename van enkele procenten (+4%) te zien. De daling van de High Impact Crimes (HIC) straatroof en overvallen werd vorig jaar al een halt toegeroepen, er was sprake van een toename ten opzichte van 2018. Het aantal overvallen kent dit jaar opnieuw een lichte stijging: in 2019 zijn er in de eenheid Amsterdam 3 overvallen meer gepleegd dan in 2018 (+1%). Ook het aantal straatroven is toegenomen. In 2019 zijn in vergelijking met vorig jaar 24 straatroven meer gepleegd (+2%).[13]

 

Het aantal woninginbraken (HIC) daalde in 2019 daarentegen gestaag verder met 8% ten opzichte van het jaar 2018. Volgens de Safe City Index 2019 van het Britse magazine The Economist is Amsterdam de veiligste stad van Europa en de derde veiligste stad van de wereld[14]. Bij de samenstelling van deze index is gekeken naar verschillende veiligheidsaspecten zoals persoonlijke veiligheid, digitale veiligheid, veiligheid met betrekking tot infrastructuur en gezondheid. Voor deze index zijn 60 steden over de hele wereld vergeleken. Amsterdam is de enige Nederlandse stad die er in is opgenomen.

Hidden impact crime

Emeritus hoogleraar Veiligheid en Veerkracht Hans Boutellier blikt eind 2019[15] terug op de ontwikkeling van de criminaliteit in Nederland. De toename van veelvoorkomende geregistreerde criminaliteit vanaf de jaren 70 in de vorige eeuw werd tot diep in de jaren 90 beantwoord met een grote nadruk op preventie. Een aanpak die heel succesvol is geweest. ‘Je kunt ook zeggen: Nederland is strakgetrokken’[16]. Met de daling van de traditionele slachtoffercriminaliteit, ontstond een nieuw soort criminaliteit, zo stelt Boutellier. Hij noemt deze hidden impact crime. Oftewel: criminaliteit die niet altijd zichtbaar is, maar het systeem treft. Ondanks de dalende aangiftes, hebben politie en justitie het drukker dan ooit: ‘De complexiteit van zaken is groot. Daarbij werken ze aan allerlei processen in tal van samen-werkingsverbanden dat het lastig is zicht te krijgen op wat ze precies doen.’ Er zijn drie vraagstukken die in de 21e eeuw volgens hem spelen: polarisatie, cybercrime en ondermijnende criminaliteit. Allemaal vraagstukken die in dit trendbeeld aan de orde komen.

 

 

1. Dealen en Schieten

2019 is het jaar waarin ieder er van doordrongen raakte: de drugseconomie is omvangrijk, invloedrijk en heeft een (potentieel) ontwrichtende werking op de samenleving. Menigeen maakt zich zorgen om de jeugd en de aanzuigende werking die deze wereld van ‘dealen en schieten’ op hen heeft.

We maken ons druk over drugs

Nederland staat bekend als een doorvoerland voor drugs en drugsgeld[17]. De media staan bol van zorgelijke signalen: er is sprake van ondermijning van de rechtsstaat, de maffia en drugscriminaliteit hebben vrij spel en Amsterdam is een narcostad, waar criminelen machtiger zijn dan de overheid. Het beeld dat wordt geschetst in het rapport ‘De achterkant van Amsterdam’ dat eind augustus 2019 verscheen, wordt herkend door de geraadpleegde professionals: ‘Zo gaat het precies’. Drugshandel heeft ernstige gevolgen voor de maatschappij en de rechtsstaat: het bestaan van een parallelle drugseconomie, de invloed van drugsgelden op de vastgoedmarkt en de middenstand, de vervuiling van het milieu, afpersing en bedreiging van burgers, het gebruik van excessief geweld, en als dieptepunt de liquidatie van advocaat Derk Wiersum[18].

 

De afgelopen jaren lagen de prioriteiten van de politie bij High Impact Crime, excessief geweld en aangiftecriminaliteit: de voor de burger zichtbare vormen van criminaliteit. De handel in drugs was niet één van de prioriteiten. Van drugshandel heeft de doorsnee burger niet zoveel last, aldus de geraadpleegde professionals. Het speelt zich af in een parallelle en voor velen verborgen wereld. Doordat er door politie en justitie niet actief opgespoord werd en door de relatief lage strafmaat, hebben drugshandelaren vrij spel gekregen[19] en heeft de georgani-seerde misdaad zich kunnen ontwikkelen tot een professioneel systeem[20]. In de ogen van professionals heeft de politiek het veel te lang laten liggen[21].

Normalisering van drugsgebruik

Drugs was 40 jaar geleden ook al een issue, alleen nu lijkt het meer maatschappelijk geaccepteerd[22]. Het hoort bij uitgaan en festivals, net als alcohol en sigaretten. Zo staat het Amsterdam Dance Event (ADE), ondanks alle inspanningen om het festival geen drugs-walhalla te laten zijn, bekend als het Amsterdam Drugs Event[23]. Korpschef Akerboom introduceerde in 2018 de term yogasnuiver, waarmee hij doelde op mensen die bewust en gezond leven, hun afval scheiden, de bakfiets verkiezen boven de auto en die af en toe ontspannen met een lijntje coke. Ook bij jonge gezinnen komt de drugs op tafel als de kinderen op bed liggen[24]. Het gebruik van XTC en cocaïne is het hoogst onder hoogopgeleide stedelingen.

 

Ook in rapteksten worden drank, drugs en wapens verheerlijkt. ‘Het openlijk aanprijzen van drugs is niet alleen een bevestiging van een losse moraal, het versterkt de aantrekkingskracht en maakt dat drugsgebruik als acceptabel wordt gezien’, vertelt een rechercheur[25].

Het bestraffen van de drugscriminaliteit is één van de pijlers van het Nederlandse drugsbeleid. De andere pijler richt zich op het beschermen van de volksgezondheid. Hiermee wil men schadelijke gevolgen voor gebruikers reduceren. Drugsonderzoeker Ton Nabben: ‘Wat we ook doen, we moeten de aandacht voor de volksgezondheid in ons drugsbeleid behouden. […] We hebben de gezondste gebruikers ter wereld’[26].

Excessief geweld

Sinds 2012 is sprake van aan de drugseconomie gerelateerde schietpartijen in de openbare ruimte waarbij niet langer enkel criminelen het slachtoffer worden. In 2018 werd de broer van de kroongetuige doodgeschoten en in 2019 werd de advocaat van dezelfde kroongetuige vermoord. De dreiging, en daarbij de angst, breidt zich uit, niet alleen naar familieleden, maar ook richting bepaalde beroepsgroepen: naast burgemeesters en journalisten, die eerder al actief beveiligd werden vanwege reële dreiging vanuit het criminele milieu, komen nu ook advocaten en medewerkers binnen het rechtssysteem in beeld. Strafrechtadvocaten voelen zich onveiliger na de moord op hun collega[27], zo blijkt uit een enquête onder strafpleiters. Er is sprake van groeiende onrust omtrent mogelijke vergeldings-acties bij zowel de rechterlijke macht, het OM, de advocatuur, de gemeenten als de politie.

Wapengebruik

Voor de politie is en blijft het dagelijkse kost: incidenten waarbij wapens een rol spelen. Het zijn altijd incidenten met een grote impact. Het afgelopen jaar waren er in een kort tijdsbestek meerdere incidenten waarbij vuurwapens, messen en explosieven gebruikt werden. Samen met schietincidenten en een steekpartij met dodelijk afloop en geweldsincidenten tussen groepen jongeren leidde dit tot nog grotere zorgen bij een ieder dan voorheen. De schijnwerpers stonden in het bijzonder op Zuidoost, maar het geldt voor de hele eenheid. De gemeente Amsterdam presenteerde mede naar aanleiding daarvan haar aanpak wapengeweld[28].

 

Politiecijfers met betrekking tot wapenincidenten zijn relatief stabiel[29]. Echter uit zowel de reactie van politie en haar partners, als volgens geluiden uit de samenleving blijkt dat men zich zorgen maakt. Het geweld en het wapenbezit lijkt toe te nemen en het gebruik ervan laagdrempeliger, zowel van steek- als vuurwapens. Volgens experts bewapenen drugshandelaren zich in toenemende mate om hun voorraad te beschermen tegen diefstal. Maar ook onder andere groepen lijkt sprake van normalisering van wapenbezit. Niet alleen voor de eigen veiligheid, om zich te kunnen verdedigen of omdat men bang is voor represailles, maar ook als statussymbool. Daarbij komt dat wapens en messen kennelijk relatief eenvoudig verkrijgbaar zijn.

Wapenhandel

Er is sprake van levendige handel in vuurwapens, een trend die lastig te doorbreken blijkt: de doorloop is hoog, er is veel aanbod en kennelijk ook veel vraag naar zowel vuurwapens als munitie. Opvallend is de handel in gas- en alarmvuurwapens en de handel in gedeactiveerde wapens die na reactivatie veelal voor het tienvoudige verkocht worden. Nederland is een bestemmingsland, maar ook een draaischijf in de verhandeling van wapentuig[30].

 

Het leggen van handgranaten en explosieven bij panden zette zich in 2019 voort. Niet alleen gericht op geldautomaten, of bedrijven, ook woningen zijn doelwit. Vermoedelijk is ook hier sprake van uitwassen van conflicten tussen criminelen en dient het als middel om de tegenpartij onder druk te zetten. In 2018 en 2019 is illegaal gebruik van handgranaten fors gestegen[31] en het is zeer wel denkbaar dat dit doorzet. Veel van de incidenten speelden in de eenheid Amsterdam. Ook veelvoorkomend zijn de plofkraken gericht op geldautomaten. Deze zorgen voor veel onrust onder burgers.

Drugshandel

Naast de levendige handel in wapens blijft Nederland aantrekkelijk voor de drugshandel. De stijgende vraag naar cocaïne maakt de cocaïnehandel lucratief. Deze is eenvoudig te verkrijgen, de prijzen zijn laag en de concurrentie hoog. Naast de cocaïnehandel worden deze handelslijnen ook gebruikt voor handel in andere soorten drugs. De opkomst van crystal meth baart zorgen, nu bekend is dat Duitsland steeds meer crystal meth uit Nederland onderschept[32]. En de hennepteelt, veelal in woonwijken, blijft gemeenten zorgen baren. Ook het recreatief gebruik van lachgas is een probleem. Ook al is het feitelijk geen drug, het leidt tot gelijksoortige problemen. De verkoop veroorzaakt overlast en het aantal verkeersincidenten onder invloed van lachgas is toegenomen[33]. Lachgas-gebruik is een vrij recent fenomeen waarop door de overheid snel is gereageerd met tegenmaatregelen: in Amsterdam is de verkoop in de openbare ruimte zonder vergunning niet langer toegestaan[34] en het kabinet heeft een verbod op lachgas voor recreatief gebruik geïnitieerd[35].

 

 

Foto: lachgaspatronen

Er wordt naar andere opsporingsstrategieën voor de drugshandel gekeken. Zo krijgt de rol van vrouwen in criminele netwerken meer aandacht[36] en is men bezig om coke labs op te sporen via de verkoop van aceton. Aceton is een essentieel middel voor het verwerken van cocaïne[37]. Op straat wordt de faciliterende rol van taxichauffeurs en bezorgdiensten gezien. De verleiding om een rol te spelen in de drugshandel kan voor taxichauffeurs groot zijn[38].

Geregistreerde jeugdcriminaliteit daalt

De geregistreerde jeugdcriminaliteit daalt sterk. Deze trend is niet alleen in Nederland zichtbaar maar ook in de landen om ons heen. In de afgelopen 10 jaar daalde het aantal geregistreerde minderjarige verdachten van 44.000 in 2009 naar 16.000 in 2018. Opvallend is dat de daling bij de jongste leeftijdscategorie (12-14 jaar) nog sterker is dan bij de oudere jongeren[39]. De oorzaak is niet duidelijk. De komst van technologie zoals mobiele telefoons en gaming wordt als mogelijke oorzaak gezien: jongeren brengen minder tijd door in de publieke ruimte. Hierdoor is het aannemelijk dat ze minder blootgesteld worden aan risicovolle condities, zoals middelengebruik en delinquente vrienden. Uit onderzoek is niet gebleken dat jongeren de traditionele criminaliteit hebben verruild voor cyberdelinquentie. Hoewel de geregistreerde jeugdcriminaliteit daalt, is het onduidelijk of dit een daadwerkelijke daling betreft.

Jonge aanwas drugscriminaliteit

Er zijn grote zorgen dat jongeren, soms zelfs kinderen nog, geronseld worden als drugskoeriers door criminele netwerken[40]. Iets dat niet alleen in Amsterdam maar ook op landelijke schaal plaatsvindt. Professionals zien de aanzuigende werking van de drugswereld met ‘het snelle geld’ op jongeren. Jongeren worden door criminelen gepaaid met spullen of door ze binnen een groep een bepaalde status te geven. Uiteindelijk krijgen ze de rekening gepresenteerd en wordt een wederdienst verwacht[41]. Het gaat hierbij niet alleen om kansarme jongeren uit kwetsbare wijken. Middelbare scholieren uit de hele regio kunnen betrokken raken bij de drugshandel. Eenmaal in het wereldje getrokken, kan het lastig zijn er weer uit te komen.

 

 

“Kinderen van een jaar of elf zitten elkaar naar het voorbeeld van de You­Tubefilmpjes om de lulligste conflicten met messen en machetes achterna op straat. Met zúlke kapmessen.”
 

 

Bron: Chris Koers, sectorhoofd Oost van politie Amsterdam, in
het Parool 5 oktober 2019

 

 

Jongeren lijken momenteel vooral in pillen (XTC), softdrugs en cocaïne te dealen en daarnaast wordt er veel lachgas verkocht[42]. Sommige jongeren hebben dankzij de drugshandel duizenden euro’s per maand te besteden, iets waar je met een bijbaan als vakkenvuller in de supermarkt niet tegenop kan. Status en geld zijn een belangrijke drijfveer: Erbij willen horen door middel van dure kleding en spullen. Mogelijk profiteren hele gezinnen mee van de verdiensten van de jonge drugsdealers. Het gaat om jongeren waarbij onder experts de angst bestaat dat zij doorgroeien in de drugscriminaliteit of erger: tot uitvoerders van liquidaties[43].

 

Kinderen met messen

Een ander groot punt van zorg onder professionals anno 2019 is de normalisering en verheerlijking van wapengebruik onder jongeren. Wijkagenten geven aan dat steeds jongere jongens naar wapens grijpen en spreken van een basisschool waar leerlingen van groep 7 een mes in hun tas hebben. Het afgelopen jaar werden regelmatig wapens aangetroffen bij jongeren, bijvoorbeeld bij fouilleringen in het openbaar vervoer[44], en vonden er verschillende wapenincidenten, met vooral messen, plaats waarbij jongeren betrokken waren. Opvallend is dat ook grote messen, zoals machetes of kartelmessen, worden aangetroffen. Jongerenwerkers geven aan dat jongeren zich bewapenen uit een gevoel van onveiligheid[45] en angst, maar ook uit stoerdoenerij[46]. De toename van messenbezit onder jongeren wordt verontrustend genoemd. Het is een (inter)nationaal verschijnsel: een mes op zak hebben wordt als gewoon gezien onder jongeren, mede onder invloed van social media, zo stellen zowel politiemedewerkers elders in het land als criminologen[47].

 

In Buitenveldert en De Pijp zien we ook scholieren die het normaal vinden een wapen te dragen. Ik ben naar voren gestapt om te laten zien dat het ook in Amsterdam-Zuid, Amstelveen, Aalsmeer en Uithoorn gebeurt.
 

 

Bron: Sander van de Koot, sectorhoofd Zuid van politie Amsterdam, in het Parool 11 januari 2020

 

 

 

 

Influencers: sociale media en rap

Duidelijk is dat sociale media een belangrijke rol spelen in de ontwikkelingen onder jeugd. Trends waaien over uit het buitenland en zijn via sociale media van invloed op Nederlandse jongeren. Rapgroepen zijn populair onder jongeren en belangrijke influencers. Drillrap, een muziekstroming waarin wapens en geweld worden verheerlijkt, wordt met argusogen bekeken: wat doet deze muziek met jongeren, vooral de kwetsbare en beïnvloedbare jeugd?

 

Iets op je kop, kalasjnikov

Wat is de prijs helemaal lijp

Splash man down

Ik push sannie in je town

Jij bent clown
 

 

Voorbeeld van een drillrap-tekst

 

 

Voor vertaling zie eindnoot[48]

 

Het toegenomen geweld moet worden gezien als een reflectie van de problemen die spelen onder jongeren. Het is bekend dat bestaande conflicten tussen groepen jongeren zijn geëscaleerd mede onder invloed van clips en raps op sociale media. Deze kunnen fungeren als een katalysator: voor een groot publiek worden jongeren uitgedaagd en dat roept tegenreacties op, die mogelijk eindigen in steek- en vechtpartijen.

 

Een ander voorbeeld van een buitenlandse trend is ‘steaming’ waarbij jongeren op een bepaald moment via sociale media afspreken om een bepaalde winkel te plunderen. Zo’n aanval gebeurt vliegensvlug. Jongeren krijgen instructies om in het zwart gekleed, binnen dertig seconden zoveel mogelijk kleding te pakken en niet te ‘snitchen’ als ze gepakt worden. Winkeliers staan machteloos. Wanneer de politie ter plaatse komt, zijn de daders vertrokken en door hun uniforme kleding moeilijk te achterhalen.

Obstakels in de aanpak

De aanpak van deze fenomenen is niet eenvoudig. Verschillende partners op het gebied van onderwijs, zorg en veiligheid zoals straatcoaches, jeugdzorg, politie, gemeente, scholen, buurtwerk en het OM zullen samen moeten optrekken, maar wie neemt de regie? Een bijkomend probleem is de zwijgcultuur in veel wijken. Praten met de politie doe je niet, en het kan bovendien leiden tot represailles. Onder de bewoners is vaak veel bekend over de achtergronden van gewelddadige incidenten maar de politie krijgt de informatie niet. Men wil geen ‘snitch’ zijn. Wil de overheid iets kunnen doen aan het geweld dan hebben zij daarbij de inzet van burgers echter hard nodig.

Hoewel de focus in de aanpak vaak vooral op jongens ligt, zou er meer oog moeten zijn voor de rol van meisjes in de drugscriminaliteit, zo stellen professionals. Er is weinig bekend over de manieren waarop ze betrokken zijn. Mogelijk spelen ze een rol als facilitator door bijvoorbeeld contracten op hun naam te zetten. Als meisje zouden ze minder opvallen en vaak niet als dader maar eerder als slachtoffer of ‘de vrouw van’ worden gezien.

 

Binnen de Top600 aanpak is meer aandacht gekomen voor verdachten met antecedenten op het gebied van drugs en excessief geweld. De criteria van de Top600 zijn hiertoe uitgebreid en er wordt specifieker gekeken naar verdachten (tot 30 jaar) die zijn aangehouden voor drugshandel en geweld. Daarnaast blijft een preventieve aanpak geboden.

Antwoord van professionals, burgers en rechtsstaat

De urgentie van de problematiek én van een tegenreactie wordt alom gevoeld: het gaat de verkeerde kant op, niets doen is geen optie. Veel professionals voelen de noodzaak en drang om jongeren duidelijk te maken dat een carrière in de criminaliteit veelal een doodlopende weg is, die eindigt ‘achter de dikke deur of in de kist’[49]. Door burgers werden marsen en manifestaties tegen geweld gehouden, onder andere in Zuidoost. Vanuit de overheid wordt ingezet op het versterken van weerbaarheid van wijken en kwetsbare groepen, krijgt drugs- en wapenhandel prioriteit in de opsporing, worden publiekscampagnes gehouden en voorlichting gegeven op scholen[50]. Zoals eenheidschef Frank Paauw in het voorwoord van het Jaarplan 2020[51] stelt: ’Liquidaties, wapenincidenten en de grote aantrekkingskracht van deze wereld op jongeren zijn zorgwekkend. In het komende jaar gaan we investeren in het aanbrengen van meer samenhang en slimme combinaties van activiteiten binnen opsporing, zorg en veiligheid door een intensieve samenwerking met belangrijke stakeholders’.

 

Drugs: criminalisering of legalisering?

Met de normalisering en acceptatie van drugsgebruik groeit het bewustzijn voor de problematiek en neemt de bemoeienis vanuit de landelijke politiek toe[52]. De politiek wil de strijd tegen drugs prioriteit geven en harde maatregelen nemen. De Minister van Justitie en Veiligheid wil dat op korte termijn ervaren rechercheurs, financieel specialisten en misdaadanalisten worden vrijgemaakt voor een landelijk Multidisciplinair Interventie Team. Deze ‘narcoticabrigade’ zal uiteindelijk uit 445 man bestaan [53].

 

De gemeente Amsterdam start een offensief tegen de ontwrichtende gevolgen van drugshandel in de stad. In het programma ‘Weerbare mensen, weerbare wijken’ zet zij in op het verminderen van de sociale ontwrichting van buurten en de kwetsbaarheid van jongeren voor drugshandel[54]. De reacties op het Amsterdamse programma zijn wisselend. Wetenschappers als Fijnaut en Nabben stellen het drugsbeleid ter discussie: is handhaving van het drugsverbod nog wel van deze tijd? Is de vraag naar illegale drugs niet zo groot geworden dat de problemen die daaruit voortkomen als het gaat om georganiseerde misdaad niet meer beheersbaar zijn?[55] Als een mogelijk antwoord op de drugsproblematiek in Nederland wordt het legaliseren van drugs volgens het model van alcohol genoemd. Ook het reguleren, waarbij de overheid het middel onder voorwaarden toestaat, wordt als oplossing gezien[56]. Dat het probleem niet van de een op de andere dag is opgelost is duidelijk.
2. Tumult in de samenleving

Waar mensen samenleven zijn spanningen en tegenstellingen onvermijdelijk. Omdat men de ruimte met elkaar moet delen en omdat er sprake is van overlast. Men loopt elkaar in de weg, zo lijkt het. Ook laten burgers, meer dan voorheen, van zich horen als ze het ergens niet mee eens zijn, met wat er speelt wereldwijd, of met het overheidsbeleid.

De stad wordt drukker

Het inwonertal stijgt en de stad wordt internationaler door de komst van hoogopgeleide migranten uit bijvoorbeeld de VS, Groot-Brittannië, India en Duitsland. Op verschillende locaties worden woningen gebouwd. Maar die zijn vooral bereikbaar voor mensen met een flink salaris. Veel gezinnen verlaten de stad. Dankzij sociale huurwoningen kunnen lagere inkomens in de stad blijven maar de rijkdom is niet gelijk over de stad verdeeld. Het aantal banen neemt sinds 2014 flink toe en het welzijn van Amsterdammers ook. Maar hier profiteren vooral de hoogopgeleiden van[57]. Het gemiddelde inkomen in het centrum is gestegen in tegenstelling tot Noord, Zuidoost en Nieuw-West waar het gemiddelde daalde. Bewoners van Amsterdam ervaren vervreemding en individualisering[58] en er is minder vertrouwen onderling. Dit heeft te maken met de afnemende sociale cohesie, onder andere doordat huizen verhuurd worden via Airbnb of verkocht aan expats.

Toerisme en evenementen

De drukte wordt mede veroorzaakt door toerisme. Naar verwachting stijgt het aantal toeristen en dagjesmensen dat Amsterdam bezoekt van 20 miljoen dit jaar tot 32 miljoen in 2030[59]. De groep die voor seks, drugs en rock ’n roll naar de stad komt, zorgt voor veel overlast: vervuiling, wildplassen, geluidsoverlast en criminaliteit. Voor nepdope dealers en straatrovers zijn deze feestgangers die onder invloed van alcohol en/of drugs zijn, een gemakkelijke prooi. De gemeente heeft verschillende maatregelen opgesteld om de leefbaarheid te verbeteren en de overlast tegen te gaan[60]. Vooral de Wallen hebben onder de drukte te lijden. Er zijn verschillende scenario’s uitgewerkt waaronder de mogelijkheid dat het Red Light District verplaatst wordt naar een plek elders in de stad[61]. Het is de bedoeling om de toeristen beter te verspreiden over de regio maar het is de vraag in hoeverre men hier in slaagt. Het afgelopen jaar steeg het aantal hotelovernachtingen in Amsterdam, terwijl het in andere grote steden afnam[62].

 

De politie heeft haar handen vol aan de vele evenementen die in en rond Amsterdam georganiseerd worden. In 2020 staan onder andere een viertal EK voetbalwedstrijden en SAIL op het programma. De Formule 1 races in Zandvoort, het Eurovisie Songfestival in Rotterdam en de Invictus Games kunnen komend jaar tot meer bezoekers in de stad leiden. Gezien de capaciteitsdruk bij de politie is de Amsterdamse driehoek voornemens de evenementenagenda tegen het licht te houden in de hoop dat de druk verminderd kan worden[63].

Verwarde personen in de wijken

Verwarde personen zorgen regelmatig voor overlast en leggen een grote druk op de capaciteit van politie. Vooral de wijkagent maar ook de noodhulp hebben hier mee te maken. Het aantal incidenten met psychisch verwarde personen is toegenomen[64] en zal met de komst van een nieuwe GGZ wet[65] op 1 januari 2020 naar verwachting stijgen[66] aangezien de ambulante zorg nog niet optimaal functioneert. Naast een gebrek aan personeel in de zorg, zijn er ook te weinig bedden beschikbaar en steeds meer mensen worden thuis behandeld voor hun psychische aandoening. Het gaat over dementerende ouderen maar ook over personen die een gevaar voor de samenleving kunnen vormen zoals psychisch verwarden met waanstoornissen, of met een wapen op zak[67].

 

Deze kwetsbare inwoners komen veelal terecht in kwetsbare wijken met goedkope sociale huurwoningen waar vaak sprake is van een opeenstapeling van problematiek zoals armoede, werkloosheid, verslaving en culturele verschillen. Onderling is er tussen buurtgenoten weinig ondersteuning omdat bewoners van deze wijken vaak zelf problemen hebben of omdat het verloop groot is. De tolerantie ten aanzien van groepen die ‘anders’ zijn, neemt af. Deze mensen hebben doorgaans geen sociaal vangnet en meerdere instanties zijn bij één persoon betrokken.

 

Wanneer er sprake is van overlast wordt de politie als eerste ingeschakeld en dan is het zoeken naar de juiste instantie voor de cliënt. De privacywetgeving staat een efficiënte aanpak in de weg wat betreft informatie uitwisseling tussen politie en GGZ. Mogelijk dat de in december 2019 verschenen handreiking tot samenwerking tussen de politie en GGZ-instellingen hierin verbetering kan brengen. Hierin staan onder andere afspraken over het handelen bij incidenten met patiënten, die onder behandeling staan van een GGZ-instelling[68]. De handreiking onderstreept het belang dat GGZ-instellingen en de politie het gesprek met elkaar blijven aangaan en dat zij concrete werkafspraken maken.

Toename van dak- en thuislozen

Er is sprake van een toename van het aantal dak- en thuislozen dat in de openbare ruimte bivakkeert. Ze maken zich schuldig aan bedelen, winkeldiefstallen en openbaar alcoholgebruik. Het aantal daklozen is de afgelopen tien jaar verdubbeld[69]. Hieronder bevindt zich een groot aantal mensen afkomstig uit voormalige Oostbloklanden. Het gaat steeds vaker om mensen die om economische redenen dakloos zijn geworden als gevolg van een scheiding, werkeloosheid of schulden. Door een tekort aan betaalbare woningen is er ook sprake van dakloze gezinnen. Vooral omdat de doorstroming naar een permanente woonplek stokt, is er in Amsterdam een tekort aan noodopvang.

Demonstraties

In het vorige trendbeeld werd gewezen op het balanceren op het snijvlak tussen het waarborgen van het recht op demonstratie en het handhaven van de openbare orde en veiligheid. Dit spanningsveld is nu sterker aanwezig dan voorgaande jaren. Dat heeft vooral te maken met de toename van het aantal demonstraties. Zo is in twee jaar tijd het aantal gemelde demonstraties[70] bij de gemeente zo goed als verdubbeld van 789 in 2017 naar 1444[71] in 2019. Protesten komen altijd in golven’, zo stelt Jacquelien van Stekelenburg, hoogleraar sociale verandering en conflict aan de Vrije Universiteit Amsterdam: ‘We hebben nu te maken met een springvloed. Internationale data, bijgehouden tot 2012, laten zien dat er sinds 2009 een duidelijke stijging is van het aantal protesten wereldwijd’ zegt Van Stekelenburg. ‘Of dat nog steeds zo is weten we niet. In Nederland weten we wel dat het daarna nog verder is toegenomen’[72].

 

Niet alleen het aantal, ook de aard van de demonstraties is aan verandering onderhevig. Net als bij evenementen zien de professionals schaalvergroting: er zijn niet alleen meer demonstraties, ze worden ook groter van omvang. En er zijn ‘nieuwe manieren’ van actievoeren zoals de wegblokkades van Extinction Rebellion, de tractoren van boeren die het verkeer platleggen, en lijken éénmans-protesten vaker voor te komen dan voorheen.

 

Bepaalde groepen laten het ene jaar meer van zich horen dan het andere. Zo liep het aantal deelnemers aan de ‘gele hesjes’, een vorm van burgerprotest die in 2018 in Frankrijk startte, in Amsterdam gestaag terug van ruim honderd tot slechts enkele demonstranten in 2019. Ook de zwartepietendiscussie verliep dit jaar aanzienlijk kalmer dan voorgaande jaren[73]. Afgezien van een aantal ordeverstoringen en aanhoudingen tijdens de intochten en tijdens bijeenkomsten van actiegroep Kick Out Zwarte Piet (KOZP)[74] verliepen de sinterklaasintochten in het land over het algemeen rustig, en zeker ook in Amsterdam was dit het geval.

 

Nog steeds vormen conflicten die hun oorsprong vinden in het buitenland een katalysator voor acties in Nederland. Het afgelopen jaar vond een groot aantal van dergelijke protesten plaats in Amsterdam. Zo waren er protesten van Koerden en Turken, hielden zowel pro-Palestina en pro-Israël demonstranten hun acties, en waren er onder andere protesten uit solidariteit met burgers in Iran en Ecuador.

Klimaatprotesten

2019 was het jaar van de klimaatdemonstraties. In het licht van klimaatverandering en de discussie rondom het klimaatbeleid, namen protesten en acties vanuit de milieubeweging massale vormen aan. De actiegroep Fossil Free ondernam acties maar het was vooral de internationale actiegroep Extinction Rebellion (XR) die duidelijk van zich liet horen. Zij roept op tot burgerlijke ongehoorzaamheid, keert zich tegen het gebruik van geweld en haar aanhangers zijn bereid gearresteerd te worden. Zij willen zoveel mogelijk media-aandacht genereren door aansprekende protestacties[75]. Toen in oktober XR in Amsterdam actie voerde, had de politie een hele week haar handen vol aan deze relatief ‘nieuwe actievoerders’. Ook anderen gingen massaal de straat op. Op 10 maart liepen 35.000 mensen mee in de klimaatdemonstratie in Amsterdam en op 14 maart demon-streerden 3.000 scholieren van Youth for Climate in de stad. In Nederland hebben nog meer massale burgerprotesten plaatsgevonden, gerelateerd aan het klimaat en/of de gevolgen van het klimaatbeleid van de Nederlandse regering. Het ligt in de lijn der verwachting dat dergelijke protesten zullen doorzetten in de komende jaren.

 

 

Foto: Demonstranten Extinction Rebellion worden gearresteerd

Schuiven met capaciteit

Het recht op demonstratie staat voorop en buiten kijf: dat recht dient gewaarborgd te worden. Lang niet iedere demonstratie wordt via de officiële weg vooraf gemeld. Dat maakt het lastig om erop te kunnen anticiperen. Demonstraties vergen veel politie-inzet, die bovenop de reguliere inzet komt. ‘Het is schuiven met capaciteit en dat is een worsteling’, aldus een woordvoerder van de politie Amsterdam, maar ‘Geen politie bij risicovolle demonstraties is geen optie’ [76].

 

De rol van handhaving en politie kan in het geding komen wanneer sprake is van escalatie. Ook al is dat tot nu toe niet aan de hand geweest, de kans op escalatie is toegenomen met de toename van het aantal massademonstraties. Het is de vraag of de Nederlandse politie daar voldoende op is toegerust[77]. De afstemming tussen partners omtrent zowel evenementen als demonstraties zou volgens menig profes-sional beter kunnen: hoe ga je om met veel demonstraties op eenzelfde dag en zelfde plek en hoe kan je het in de hand en behapbaar houden?

Rechts-extremisme

Door onder andere de aanslagen in Christchurch, Nieuw-Zeeland[78], ontstond meer aandacht voor de aard, ernst en omvang van rechts-extremisme in Nederland. De NCTV ziet deze groeperingen als gekenmerkt door fragmentatie, zwak leiderschap, persoonlijke animositeit en het ontbreken van een consistente organisatievorm en wijst op het gevaar van zogeheten ‘lone actors’ in een gepolariseerde maatschappij. In de afgelopen periode zag de NCTV[79] dat sterke anti-overheidssentimenten een rol speelden bij soms grootschalige protesten tegen het overheidsbeleid, zoals die van boeren en bouwvakkers. Extremistische groepen proberen, op weinig succesvolle wijze, aansluiting te vinden bij deze manifestaties.

 

De gemeente Amsterdam heeft besloten dat er acht locaties in Amsterdam komen met een 24-uurs opvang voor ongedocumenteerden. Enkele rechtse actiegroepen ageerden tegen de aanwezigheid van deze opvanglocaties. Het is opvallend dat in de van oudsher linkse stad Amsterdam de afgelopen jaren toch op beperkte schaal wordt geprotesteerd door rechtse groeperingen.

Radicalisering en jihadisme

Het dreigingsniveau stond in december 2019[80] voor Nederland op 3. De dreiging wordt daarmee aanzienlijk geacht: een aanslag is voorstelbaar. In juni 2019 stond deze nog op 4 en werd de kans op een aanslag reëel geacht. De acute dreiging is afgezwakt, maar ISIS en Al Qaida hebben nog wel de intentie om aanslagen in westerse landen te plegen. De voorstelbare dreiging komt vooral van eenlingen. De aanslag in Utrecht op 18 maart 2019 waarbij vier doden en twee zwaargewonden vielen, en de aanval op twee toeristen in 2018 op het CS in Amsterdam, vormen daar het trieste bewijs van.

 

Terugkerende uitreizigers worden als risicovol gezien. Er is de laatste tijd veel te doen over IS- vrouwen en kinderen in de detentiekampen in Syrië en hun eventuele terugkeer. In november 2019 spande een aantal van deze vrouwen een zaak aan om hun kinderen naar Nederland terug te laten keren. De rechter oordeelde dat Nederland zijn best moet doen om de kinderen terug te halen naar Nederland, desnoods door hun moeders ook mee te nemen[81]. Deze uitspraak is kort daarna door het Hof in Den Haag vernietigd. De beslissing om de IS-gezinnen wel of niet terug te laten keren is aan de politiek en niet aan de rechterlijke macht, zo oordeelde het Gerechtshof.

Van de vrouwen in de Syrische detentiekampen zijn er vier vrouwen uit de eenheid Amsterdam afkomstig, drie van hen hebben kinderen.

 

3. Dreiging van het onzichtbare

Naast vormen van criminaliteit, die terug te vinden zijn in politiesystemen, is duidelijk geworden dat meer onzichtbare vormen van criminaliteit zich hebben genesteld in de samenleving. Cyber-crime en ondermijning zijn twee duidelijke voorbeelden daarvan. Beide hebben een grote impact op de maatschappij in het algemeen en op slachtoffers in het bijzonder. De vraag is in hoeverre er daadwerkelijk sprake is van verborgen criminaliteit: hoe onzichtbaar is het?

Cybercrime met ‘high impact’

In 2016 schatte het OM[82] in dat cybercriminaliteit over ongeveer vijf jaar de helft zou vormen van alle criminaliteit. Zij stelde dat cybercrime weleens de fietsendiefstal van de toekomst zou kunnen worden. Het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) voegde in 2019 een nieuwe dimensie toe aan deze fietsendiefstal van de toekomst: volgens de onderzoekers werden meer mensen slachtoffer van hacken dan van fietsendiefstal. Uit onderzoek van het NSCR[83] naar slachtofferschap van cybercrime, bleek dat één op de negen Nederlanders in 2018 slachtoffer werd van cybercrime. Het riep de vraag op in hoeverre sommige vormen van cybercriminaliteit als ‘high-impact crime’ moeten worden aangemerkt. Digitale misdrijven als online fraude, hacken en cyberstalken hebben volgens het NSCR een vergelijkbare impact op slachtoffers als woninginbraken, straatroven en overvallen. De kwalificatie ‘high impact’ zou volgens de onderzoekers, en volgens geraad-pleegde experts, kunnen voorkomen dat deze criminaliteitsvorm wordt onderschat.

Cybercrime in Amsterdam

 

Grafiek: Totale aantallen per jaar, alle typen cybercrime en gedigitaliseerde criminaliteit.

 


Waar het landelijke onderzoek van het NSCR inzicht gaf in het slachtofferschap, gebruikt het Cyber Intel Beeld Amsterdam
(CIBA) van de Eenheid Amsterdam[84] de gegevens van aangiften en meldingen om inzicht te krijgen in soorten cybercrime, slachtoffers, schade en daders. Wat in het algemeen al langer als trend waarneembaar is, blijkt ook uit het CIBA: cybercrime is ‘here to stay’[85], zowel bij burgers als bedrijven.

 

 

Enkele opvallende zaken uit het CIBA: het aantal aangiften en meldingen in het derde kwartaal 2019 is meer dan verdubbeld ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2018. De trend is dat het aantal toeneemt. Bij burgers is de meest voorkomende vorm van cybercrime fraude met bankgegevens, c.q. internetbankieren. Ook landelijk gezien komt deze vorm veel voor: de Fraudehelpdesk registreerde in de eerste drie kwartalen ruim 14.600 meldingen[86]. De top 3 van cybercrime bestaat verder uit aan- en verkoopfraude, zoals marktplaats-fraude, en de Tech Support Scam, zoals de microsoftscam.

 

Slachtofferschap onder bedrijven komt minder vaak voor dan slachtofferschap onder burgers. De schadebedragen, in de vorm van extra kosten en werkelijk geleden schade, zijn echter groter dan bij burgers. De hoogste schadebedragen worden voornamelijk veroorzaakt door CEO-fraude en deze komt alleen voor bij bedrijven. Ten opzichte van het derde kwartaal 2018 verdrievoudigde het schadebedrag in het derde kwartaal 2019. Het blijkt dat fraude met bankgegevens, c.q. internetbankieren, geen onderscheid maakt naar leeftijdsgroepen[87] en dat het een van de meest voorkomende vormen van cybercrime is.

 

Eerste stappen zijn gezet om meer inzicht te krijgen in daders. Een vergelijking tussen het aantal verdachten van cybercrime met het aantal verdachten van alle criminaliteitsvormen in Nederland levert het volgende op: in 2019 waren jongeren (0-21 jaar) ruimer vertegenwoordigd als verdachte van cybercrime dan als verdachte van andere vormen van criminaliteit[88].

Samenwerking rond digitale veiligheid

In het Trendbeeld 2019 werd geconstateerd dat het verkrijgen van inzicht in aard en omvang van cybercrime lastig is. De aangifte- en meldingsbereidheid, als primaire informatiebron, is laag ten opzichte van andere vormen van criminaliteit. De eenheid Amsterdam is daarom dit jaar gestart met het verkennen van mogelijkheden om in samenwerking met private partijen, meer inzicht te krijgen in ontwikkelingen, trends en fenomenen. Ook het Openbaar Ministerie en de gemeente Amsterdam zijn hierbij aangesloten. Deze ontwikkeling past in het streven om vanuit een gezamenlijk optreden zicht te krijgen op ontwikkelingen, waar mogelijk preventief op te treden en waar nodig strafrechtelijk door te pakken. Zo ontwikkelt de eenheid Amsterdam momenteel specifieke expertise op het onderwerp sextortion, zowel vanuit intelligence- als uit opsporingsperspectief.

 

De gemeente Amsterdam heeft het onderwerp cybercriminaliteit tot prioriteit benoemd. Met het Actieprogramma Digitale Veiligheid wil de stad zich ontwikkelen tot koploper in digitale veiligheid[89]. In het kader daarvan is in 2019 een eerste Digitaal Veiligheidsbeeld opgesteld. Hierin zijn drie aspecten beschreven: de belangrijkste digitale dreigingen, de mogelijke effecten en de weerbaarheid[90].

 

 

 

 

 

Figuur: Amsterdam zet Taskforce in om digitaal veiligste stad te worden[91]

 

In samenwerking met de Vrije Universiteit is in 2019 onderzoek gedaan naar de aangiftebereidheid onder medewerkers van de eenheid Amsterdam[92]. De belangrijkste conclusie uit het onderzoek is: de aangiftebereidheid bij cybercriminaliteit onder politiemedewerkers is, evenals onder burgers, erg laag:  tussen de 8 en 10%.

Relevante digitale ontwikkelingen

De ontwikkelingen op digitaal gebied gaan razendsnel. Zo werd in het Trendbeeld 2019 de opkomst van deepfakes beschreven[93]. De zorgen hierover nemen toe[94]. Zo is inmiddels met behulp van een gemanipuleerde stem van een directeur van een groot bedrijf een aanzienlijk bedrag afhandig gemaakt door criminelen. Ook Europol[95] heeft gemeld dat deepfake een ontwikkeling is die in de gaten gehouden moet worden, juist ook vanuit het perspectief van opsporing en waarheidsvinding: wat is het waarheidsgehalte van je bewijsmateriaal?

 

Het menselijk handelen is een cruciaal aspect dat door al deze ontwikkelingen heenloopt. In 90% van de gevallen komen cybercriminelen via een persoon binnen[96]: een klik op een verkeerde link, het openen van een besmet bestand of bijlage of het werken met verouderde software is voldoende. Met meer bewustzijn en waakzaamheid kan veel leed worden voorkomen. Zo heeft de gemeente Amsterdam in 2019 een taskforce opgericht om bewoners en bedrijven te helpen bij het verbeteren van de digitale veiligheid en het verhogen van de digitale weerbaarheid[97].

Ondermijning

In het Trendbeeld 2019[98] werd geconstateerd dat er geen zicht is op het einde van de drugsoorlog. Nederland blijft de Europese draaischijf voor de handel in cocaïne en andere drugs en Amsterdam blijft een aantrekkelijke ontmoetingsplaats voor criminelen. Waar in 2018 het besef begon te ontstaan dat actie nodig zou zijn om rechtsstaat en samenleving meer weerbaar te maken, is dat in 2019 versterkt. Begin 2019 gaf de minister van Justitie en Veiligheid aan dat een kentering nodig is in de aanpak van ondermijnende drugscriminaliteit[99]. Een andere stimulans kwam door de publicatie van het onderzoek van Pieter Tops en Jan Tromp[100]. Hoewel het onderzoek goed ontvangen werd en tot een heuse mediastorm leidde, waren er ook kritische geluiden: ‘het hangt aan elkaar van aannames, horen zeggen, krantenknipsels, anonieme bronnen en niet te controleren beweringen’, aldus onderzoeksjournalist Bart de Koning. Ook de term ondermijning krijgt ervan langs: ‘alles wat volgens het Wetboek van Strafrecht verboden is valt er blijkbaar onder’[101]. Hoogleraar Bob Hoogenboom spreekt zelfs over ondermijningsmoeheid: volgens hem is de samenleving teveel gericht op de onderwereld, terwijl de schandalen in de bovenwereld zich opstapelen, zoals mestfraude en sjoemeldiesels[102]. Ondertussen bleek dat de aanpak van ondermijnende criminaliteit lastiger is dan gedacht. Op werkbezoek in Amsterdam-Noord zag de minister dat ondermijning zelden direct zichtbaar is: er is twijfel, er zijn vermoedens, maar het is niet direct hard te krijgen[103]. Ondanks dat is het besef ten volle doorgedrongen dat de overheid actie moet ondernemen: de moord op de advocaat van de kroongetuige was daarvoor een macabere stimulans[104].

 

“’Voor hem staat een nieuwe Mercedes G-klasse. Met een kenteken uit Verweggistan nog wel’, zegt Grapperhaus terwijl hij de garage inloopt – de nummerplaat is Tsjechisch. De politieagenten die Grapperhaus begeleiden, lachen, de monteur kijkt zenuwachtig en zegt niet te weten van wie de auto precies is. Of nee, herstelt hij zich: het is een huurauto van zijn zoon. De agenten vragen om de autopapieren; op dit industrieterrein zou veel ondermijnende criminaliteit zijn, en wat doet zo’n auto hier? Met zijn handen op zijn rug kijkt de minister toe.
 

 

Bron: Ferdinand Grapperhaus, Minister van Justitie en Veiligheid, op werkbezoek in Amsterdam-Noord, in NRC 19 november 2019

 

 

 

 

Met de productie van, en handel in, drugs wordt veel geld verdiend. In een WODC-rapport[105] uit 2018 over de omvang van witwassen, schatten de onderzoekers dat jaarlijks in Nederland een bedrag van 16 miljard euro wordt witgewassen. De helft daarvan zou afkomstig zijn uit drugshandel. Deze criminele opbrengsten kunnen worden ingedeeld in vijf categorieën: financiering van criminele activiteiten, contante bestedingen, ‘alledaags’ witwassen, verplaatsing naar het buitenland en duurzaam investeren in vastgoed[106]. Inschattingen over de bedragen die omgaan in de regio Amsterdam zijn onduidelijk. Over vastgoed geven experts aan dat dat geld vermoedelijk niet wordt geïnvesteerd in nieuwbouw, maar in bestaand vastgoed.

Hoewel onduidelijk is hoeveel zwart geld er in de regio omgaat, boekte de politie succes met het afpakken van geld. De jaardoelstelling van 17,3 miljoen euro werd behaald en kwam uit op 43,4 miljoen euro[107].
4. Gezag in de knel

Met het gezag van de politie is niets mis, ontdekte het Crisislab[108]. In opdracht van Politie en Wetenschap voerde dit lab in 2019 onderzoek uit waarbij de onderzoekers letterlijk meekeken over de schouders van politiemensen. Zij zagen dat in 92% van de gevallen burgers deden wat de agenten van hen vroegen. De uitkomsten van hun onderzoek staan haaks op de alom tegenwoordige opvatting dat het gezag van de politie afneemt. Volgens geraadpleegde experts zit het net even anders. Zij geven aan dat het gezag vooral in de knel komt doordat de politie moeite heeft om in de wijken voldoende aanwezig te zijn.

De overheid geeft niet thuis

De politie ondervindt dat er burgers zijn die zwijgen tegenover politiemedewerkers. In het rapport van Tops en Tromp[109] werd gesproken over zwijgwijken, waarin burgers niet kunnen of willen samenwerken met de politie: ondanks diverse oproepen om informatie te delen na ernstige misdrijven, blijft het stil[110]. Vertrouwen in de politie speelt een belangrijke rol bij het doen van aangifte. Die aangiftes spelen op hun beurt een belangrijke rol bij het inzichtelijk maken van allerlei vormen van criminaliteit. Waar die bereidheid bij de klassieke criminaliteitsvormen nog enigszins op peil blijft, is die laag op nieuwe vormen, zoals cybercrime[111]. Daar komt bij dat in een aantal gevallen de aangiftebereidheid enkel en alleen gestimuleerd wordt vanwege een financiële prikkel: het bewijs van aangifte is noodzakelijk voor het indienen van een verzekeringsclaim.

 

Niet alle aangiftes worden door de politie opgevolgd. Experts geven aan dat het lastig is uit te leggen aan een burger dat de politie niets doet met een aangifte terwijl de burger ijverig bewijsmateriaal, en dus opsporingsindicaties heeft verzameld. En waar burgers niets van politie horen na het doen van een aafgifte, schaadt dat het vertrouwen. Waar een overheid niet thuis geeft, nemen burgers zelf het initiatief[112]. Waar buurten zich verenigen in app-groepen, zoekt de politie naar het antwoord hoe zij zich moet verhouden tot deze initiatieven. Het is voor de politie een moeilijk grijpbaar fenomeen.

Dilemma’s in de handhaving

De presentatie van het onderzoek van Tops en Tromp en de moord op de advocaat bracht het ministerie van Justitie en Veiligheid ertoe de aanpak van drugscriminaliteit te intensiveren via financiële injecties. Ondertussen kwam de gemeente Amsterdam met een ander geluid: het eenmalig verstrekken van geld gaat het omvangrijke drugsprobleem niet oplossen[113]. Over drugsgebruik wil de burgemeester in gesprek, zonder de gebruiker te criminaliseren. Het is onderdeel van een ontwikkeling die erop is gericht antwoord te vinden op de vraag: wat voor stad wil Amsterdam zijn? Die vraag komt terug in het Wallengebied. Ondanks de dagelijkse inzet van handhavers van gemeente en politie, blijft de overlast van toeristen en drugsdealers onverminderd groot. De handhavers hebben grote moeite om dit gebied leefbaar te houden[114].

Geweld tegen gezagsdragers

In het Trendbeeld 2019 werd genoemd dat het respect voor gezagsdragers af leek te nemen en dat burgers meer dan voorheen hun weerwoord op ongenuanceerde wijze vertolken. Dit jaar zijn hier meerdere geweldsincidenten en bedreigingen bij gekomen.

 

Wat een feest zou moeten zijn, blijkt de gevaarlijkste avond van het jaar.
 

Bron: ‘Nederland verdient veilige jaarwisseling’, advertentie 2019

 

 

 

 

Het afgelopen jaar kreeg de politie te maken met meerdere incidenten waarbij de agressie was gericht op haar medewerkers. Zo waren er ongeregeldheden rond oud en nieuw[115] waarbij ook vuurwerk naar politiemedewerkers werd gegooid. In de eenheid Amsterdam zijn drie politiemedewerkers gewond geraakt tijdens de afgelopen jaarwisseling en in totaal kwamen er veertien meldingen binnen van geweld tegen politie[116]. Uit cijfers van de politie blijkt dat fysiek en verbaal geweld tegen agenten in Amsterdam in 2019 met ruim 30% is gestegen ten opzichte van het voorgaande jaar[117]. Vooral bij ongeplande aanhoudingen, in het uitgaansleven en in het verkeer hebben agenten het soms zwaar te verduren. Zo werd in mei 2019 in het centrum van Amsterdam een politieman bewusteloos geslagen door een arrestant[118]. Korpschef Erik Akerboom spreekt na diverse incidenten zijn afschuw uit. ‘Het lijkt alsof mensen een steeds korter lontje krijgen. Het geweld tegen politiemensen van de afgelopen dagen was bijzonder ernstig. De heftigheid van de incidenten lijkt toe te nemen’ [119]. Experts maken zich in het bijzonder zorgen over het verdwijnen van het respect voor de politie en de ‘fuck the police’ en anti-overheid houding in de eerder genoemde zwijgwijken en onder de jeugd.

 

Niet alleen politie-, ambulance- en brandweerpersoneel heeft te maken met agressie en geweld. Ook in het openbaar vervoer (conducteurs), op scholen (leerkrachten), tegen journalisten en in de jeugdbescherming neemt het geweld steeds ernstiger vormen aan[120].

 

Foto: geweld tegen politieambtenaren

 

Reactie van de rechtsstaat: harde maatregelen

Ieder is het erover eens dat geweld tegen personen met een publieke taak onaanvaardbaar is: ‘De rechtsstaat beschermt ons allemaal. Hij verdient het daarom te worden verdedigd, zeker op het moment dat die door geweld onder druk komt te staan[121]. De overheid reageert met hardere straffen en het toerusten van politie en handhaving met meer gewelds- en verdedigingsmiddelen. De politie krijgt de beschikking over een stroomstootwapen[122] en boa’s worden toegerust met verdedigingsmiddelen als pepperspray en bodycam. Per 31 december 2019 gaat een wet in die het hinderen van hulpverleners strafbaar maakt en wordt de strafmaat verhoogd voor geweld tegen hulpverleners[123]. Ook is een wetsvoorstel voor uitbreiding van de taakstrafverboden ingediend[124].
Daarnaast worden diverse veiligheidsmaatregelen genomen om bepaalde beroepsgroepen te beschermen. Naast de aanscherping van de beveiliging van advocaten en journalisten wordt gekeken naar